Chicorei als koffiesurrogaat

Wat moet je als koffieleut doen als koffiebonen schaars of moeilijk te verkrijgen zijn? Tegenwoordig zijn er veel alternatieven om dan toch aan je dagelijkse dosis cafeïne te komen, zoals energiedrankjes. Maar vroeger was dat lastiger. In tijden van schaarste en oorlog bedachten mensen vindingrijke oplossingen. Eén van de bekendste alternatieven waarmee “koffie” gemaakt werd, was chicorei.

Cichorium Intybus
Cichorium Pumilum

Chicorei wordt ook wel gespeld als cichorei, maar beide woorden verwijzen naar de plant Cichorium Intybus. Het is een plant die oorspronkelijk uit het Zuidwesten van Azië en uit Zuidoost-Europa komt, maar met de eeuwen op veel meer plekken begon te groeien. De wilde versie van chicorei groeit van nature in graslanden, maar doet het ook goed in bermen. Zo kan de plant dus ook makkelijk groeien in het gematigde Nederland.

Deze plant wordt al eeuwenlang door de mens gebruikt. De Romeinen gebruikten het loof als groente, maar gooiden de wortels weg. Zonde, weten we nu, want vanwege de bittere smaak van de wortel kun je chicorei dus ook gebruiken als surrogaat (vervanger) voor koffie. Deze toepassing werd waarschijnlijk ontdekt aan het einde van de 18e eeuw. De wortel van de chicoreiplant wordt dan gedroogd, geroosterd en gemalen. Zo ontstaat er een donkerbruine drank die enigszins smaakt als koffie, hoewel de smaak niet zo ‘rijk’ of ‘robuust’ is als van echte koffie.

Door de lage productiekosten en het relatief eenvoudige kweekproces, werd chicorei al snel een populair alternatief voor het luxe cafémomentje van de gegoede burgerij. Vervolgens duurde het ook niet lang voordat chicorei in de bakkies pleur van de minder rijke mensen terechtkwam. Een schaarste aan koffiebonen vindt, niet geheel verrassend, vaak plaats in oorlogstijd. We weten bijvoorbeeld dat chicoreikoffie gretig gedronken werd tijdens de Napoleontische Oorlogen, de Eerste Wereldoorlog en de Tweede Wereldoorlog. Zo bood dit plantje in moeilijke tijden (een bakkie) troost aan alle lagen van de bevolking.

Goed, maar wat is dan de link met Dalfsen? Die is vandaag niet zo makkelijk meer uit het straatbeeld af te leiden, maar het zitbankje aan de Raadhuisstraat (met prachtig uitzicht over de Vecht) geeft alvast een kleurrijke hint. Dit bankje toont namelijk een impressie van de chicoreifabriek die in de tweede helft van de 19e eeuw in Dalfsen gevestigd werd, omlijst door chicoreibloemetjes. Het staat bewust naast de Blauwe Bogen Brug, omdat je daardoor uitkijkt over de uiterwaarden waar deze fabriek ooit stond. Met andere woorden, als je op het bankje zit, “kijk” je naar de oude fabriek.

Berend Hendrik Egberts was degene die de verwerking van chicorei naar Dalfsen bracht. In januari 1857 begon hij met de fabricatie in een pand aan de Zwolscheweg (de huidige Ruitenborghstraat); een ruimte die waarschijnlijk onderdeel van de toenmalige weverij was. Aanvankelijk werd de chicorei -enigszins primitief- gemalen door middel van een rosmolen. Er is niet veel bekend over de eerste jaren van de chicoreiproductie in Dalfsen, maar een nota uit 1858 vertelt ons wel dat er in dat jaar 4825,5 Engelse ponden cichorei voor een prijs van ƒ484,75 aan diverse afnemers in Overijssel en Gelderland geleverd werd.

Even later ging Egberts op zoek naar een ander pand, wellicht omdat het bedrijfje uit zijn voegen barstte of misschien omdat de locatie hem niet meer beviel. Omdat het efficiënt was om de chicorei over het water te vervoeren, zocht hij zijn nieuwe stekje langs de Vecht.

De Vecht bij Dalfsen, in de verte Kasteel Rechteren

Er is een brief van 13 juli 1863 bewaard gebleven waarin Egberts aan de gemeenteraad vraagt of hij een echte chicoreifabriek mag bouwen op een stuk land langs de rivier, zodat de fabriek door stoomkracht gedreven kon worden. De Gedeputeerde Staten gingen spoedig akkoord met zijn verzoek, onder de voorwaarden dat de fabriek binnen een jaar in werking moest zijn en dat het stoomtuig (periodiek) gekeurd moest worden.

Zo gezegd, zo gedaan en in april 1864 kocht Egberts het stukje buitendijks land waar hij zijn oog al op had laten vallen. Sterker nog, op het moment van de aankoop had Egberts zijn fabriek hier vermoedelijk al gebouwd, wat blijkt uit de “eerste steen” van de fabriek, waarop de frase “15-07-1860 door J.E.B. Egberts” zichtbaar is. Deze steen moet destijds door de jonge zoon van Egberts aan het bouwwerk toegevoegd zijn, zoals dat wel vaker gebeurt bij familiebedrijven. Dat de officiële vergunningen achterbleven bij de daadwerkelijke bouw van de fabriek, kwam vroeger ook wel vaker voor. Zoiets is door de bureaucratie van vandaag onmogelijk geworden. 😉

Buitendijks land bij Dalfsen
Uiterwaarden van de Vecht

In de decennia daarna werd de fabriek nog uitgebreid, weer verkleind en weer uitgebreid onder toezicht en beheer van verschillende directeuren en partners. Concurrentie in de vorm van thee en koffiestroop bracht moeilijkheden. Met het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog leek het alsof de Nederlandse chicoreiproductie weer zou opleven, maar helaas verboden de Duitsers de vrije verkoop van chicorei (en tal van andere levensmiddelen) tijdens de bezetting.

Kort na de oorlog werd koffie echter steeds duurder en daardoor ontstond er wél tijdelijk meer vraag naar cichorei. Op dit moment waren er in Nederland nog drie cichoreifabrieken: in Ossendrecht, in Leeuwarden en in Dalfsen. De fabriek in Dalfsen was hiervan de grootste. De verwerkte cichorei werd uitgevoerd naar Amerika, Canada, Australië, India en diverse landen in Afrika. Toch werd de internationale concurrentie steeds heviger, vooral van Franse producenten. Frankrijk had haar zinnen namelijk gezet op het veroveren van de wereldmarkt en verkocht chicorei in haar eigen koloniën steevast onder de vraagprijs. De Nederlandse fabrieken konden daar niet tegenop.

Cichorei van De Beukelaar uit Ossendrecht
Cichorei van Egberts uit Dalfsen

Verrassend genoeg werd de meeste chicorei uit Dalfsen verkocht aan India. In samenwerking met de Indiase regering werden er plannen ontwikkeld om de cichoreicultuur ter plekke te starten, waarvoor de N.V. Egberts te Dalfsen de grondstoffen dan zou blijven leveren. En ja hoor, op 9 juli 1962 werd de Indiase cichoreifabriek met de naam “Egberts India Private Ltd” geopend. Wat veelbelovend begon, sloeg helaas binnen 3 jaar weer om. Oorlogen op het Aziatische continent, waaraan ook India ging meedoen, maakten zowel de lokale productie van chicorei als de import van Nederlandse chicorei onmogelijk. In combinatie met de nog altijd oprukkende Franse concurrenten, betekende dit het einde van de chicoreiproductie door het familiebedrijf van Egberts in Dalfsen. De voorraden werden overgenomen door het Franse Chicorée Leroux uit Orchies.

Eén troost is dat de naam Egberts nog op de verpakkingen staat van de latere doorstartfabriek in India. Op hun chicorei staat namelijk vermeld dat het product vervaardigd is “onder know-how van Egberts te Dalfsen (Holland)”. En zo leeft dit stukje historisch Dalfsen nog altijd voort op een ander continent. 🙂

Cichoreibereiding, prent door Louise Danse (1890)

Echte koffie wordt vandaag eigenlijk nog steeds beschouwd als een soort luxeproduct, dat in verschillende kwaliteiten (en bijbehorende prijsklassen) te koop is. In Nederland hebben we sinds de jaren ’50 geen koffieschaarste meer gehad, maar toch is het gebruik van chicorei nooit gestopt. Sterker nog, vandaag de dag wordt chicoreikoffie juist weer in toenemende mate als gezonde, prebiotische drank aangeprezen. Hebben jullie het weleens geprobeerd?

Bron:

  • Halfman, C.Z., ‘Verdwenen Industrieën’, in: Hove, J., ten, Pereboom, F. & Stalknecht, H.A. (red.), Uit de Geschiedenis van Dalfsen (Kampen: IJsselakademie 1989) 355─370.

Nerdland Festival 2025

Jaaa, eindelijk kan ik het bekendmaken: ik ben dit jaar spreker op het fameuze Nerdland Festival in Wachtebeke, België! 🙂

Dit is geen muziekfestival, maar een wetenschapsfestival. Het duurt 4 dagen en begint met een openingsavond. De locatie is het groene terrein van het Provinciaal Domein Puyenbroeck, waar vele festivaltenten en science hubs opgebouwd worden voor meer dan 250 shows en lezingen.

Aan mij de eer om de wetenschap GESCHIEDENIS te vertegenwoordigen met een lezing-quiz over de Lage Landen in de Romeinse Tijd. Ja, velen (vooral mannen) denken elke dag aan deze geschiedenis. Kennen jullie die trend nog, what is your Roman Empire? Met andere woorden, waar denk jij geregeld aan? En als dat inderdaad het Romeinse Rijk is, hoe veel weet je dan daarover? Tijdens mijn lezing kan iedereen zijn kennis over de Romeinen testen aan de hand van een aantal stellingen. En telkens volgt daarna de wetenschappelijke uitleg ervan.

Mijn focus talk zal plaatsvinden op zondagmiddag 8 juni in de tent The Voyager, met ruimte voor maar liefst 500 mensen.

Voor de details, klik hier. En voor kaarten voor het festival, klik hier.

Geloof mij, hier wil je bij zijn. Kijk alleen al naar de headliners… In Wachtebeke wordt heel veel kennis en talent verzameld. En dan hebben we het nog niet eens gehad over alle activiteiten en workshops. Ik heb er in ieder geval ontzettend veel zin in! 🙂

Terugblik: Lezing over de geschiedenis van Amsterdam met literaire twist

Gisteravond vond de lezing over de geschiedenis van onze hoofdstad plaats bij Boekhandel Laan in Castricum. Ik begreep dat er meer dan 50 kaartjes waren verkocht en inderdaad… de zaal zat vol! Wat ontzettend leuk! 🙂

Na afloop kwamen veel mensen nog even naar me toe voor een complimentje of een persoonlijk verhaal. Ik wil iedereen hartelijk bedanken voor het enthousiasme en voor de leuke anekdotes. En natuurlijk wederom ook veel dank aan Boekhandel Laan voor het faciliteren en promoten van de lezing.

Het verloten van de vrijkaarten voor Zandsculpturen Garderen werd een soort bloemenveiling. Spannend en ook gezellig! Ik wens de winnaars van de kaartjes veel plezier op de Veluwe.

Het was een mooie avond en ik ging naar huis met een enorme bos tulpen (jaja, uit Amsterdam), een net verschenen dichtbundel en een goed gevoel.

Hele fijne Paasdagen gewenst!

Lezing: De geschiedenis van Amsterdam met een literaire twist

Aanstaande vrijdagavond 18 april is het weer tijd voor een nieuwe lezing! Ik zal vertellen over 750 jaar Amsterdam, wat waarschijnlijk geen verrassing is gezien de eerdere aankondigingen. De locatie is vertrouwd, namelijk wederom Boekhandel Laan in Castricum. Het publiek kan daar weer plaatsnemen in het boekencafé en om 19:45 zal de koffie klaarstaan. De lezing begint om 20:00 uur.

In een beknopte lezing passeert de geschiedenis van onze hoofdstad de revue, “van 0 tot nu”. Aansluitend zullen we een aantal literaire werken over het thema bespreken. Welk boek is de moeite waard om meer te weten te komen over Amsterdam? En als leuk extraatje mag ik na afloop 3x 2 vrijkaarten voor Zandsculpturen Garderen weggeven. Dit gaan we doen met een loting en iedereen mag meedoen.

Hieronder heb ik het bericht dat op de website van Boekhandel Laan staat gekopieerd:

Ook zag ik dat de lezing in de agenda van Voor Liefhebbers (de culturele activiteitenkalender van de regio) is opgenomen:

Hopelijk wordt het weer gezellig druk! 🙂

Film: The Promised Land (2023)

Gister heb ik de film The Promised Land (Deense titel: Bastarden) van regisseur Nikolaj Arcel gezien in de bioscoop, gebaseerd op de roman Kaptajnen og Ann Barbara van Ida Jessen (2020). Omdat het onderwerp wat mij betreft meer aandacht verdient in de Europese geschiedenis, wil ik graag meer vertellen over het verhaal; uiteraard zonder spoilers.

Zentropa Entertainments – Nordisk Film & TV Fond

In de film volgen we het verhaal van de Deense veteraan Ludvig Kahlen (gespeeld door Mads Mikkelsen). In de 18e eeuw kunnen veteranen die in het Deens-Duitse leger gediend hebben, aanspraak maken op stukken onontgonnen (lees: onvruchtbaar) land in het noorden van Denemarken. Velen proberen een boerenbedrijf te starten op de heidegronden, maar dit is allesbehalve makkelijk.

Kahlen verwerft in 1755 ook zo’n stuk land. En hij heeft grote plannen, want hij wil het gebied niet alleen voor zichzelf gaan cultiveren, maar hij wil er een nederzetting beginnen. Na de verwachte tegenslagen, de enorme inspanningen en een hoop agrarische experimenten , lukt het hem om bepaalde gewassen -letterlijk- te laten bloeien op zijn land.

Hald Hovedgård nabij Viborg, gebouwd in 1787.

Net op het moment dat Kahlen kolonisten voor zijn nederzetting heeft gevonden, ontstaat er een conflict met de plaatselijke machthebber Frederik de Schinkel (gespeeld door Simon Bennebjerg). De Schinkel is van adel en zijn familie beheert Hald Hovedgård (het landgoed Hald, dat overigens echt bestaat) in de buurt van Kahlens nieuwe nederzetting. Het conflict draait uiteraard om de opbrengsten van het land, die door Kahlens noeste arbeid plotseling positiever uitvallen dan verwacht. Kahlen wordt uitgenodigd op het landgoed, maar als hij daar getrakteerd wordt op een “show” waarbij één van zijn arbeiders door marteling om het leven komt, is wel duidelijk dat Kahlen en De Schinkel elkaars vijand zijn. Het politieke conservatisme waar De Schinkel zich op blijft beroepen, wakkert alleen maar de vlam van Kahlens progressivisme aan. Hoe zal dit aflopen, wie wint het land?

Zentropa Entertainments – Nordisk Film & TV Fond

De reden dat ik de film waardevol vind, is de uitgebreide aandacht voor deze historische periode. We weten veel over de Deense Verlichting van de 18e eeuw, maar daarbij ligt de focus op de mooie, nuttige en indrukwekkende dingen. Wat we gauw vergeten, is dat het alledaagse leven voor de boeren, handwerklieden en veteranen zoals Kahlen ook bestond uit tegenslagen en strijd. De film brengt de politieke en agrarische ellende heel treffend in beeld; je kunt sympathie opbrengen voor beide zijden. Dat gezegd hebbende, hoopt de kijker natuurlijk dat Kahlen de strijd wint. Ik als groot fan van Mads Mikkelsen in ieder geval wel. 😉

Onderwaterarcheologie, lakenloodjes en Europese handelsnetwerken – Interview met Gary Bankhead

Wanneer mijn leerlingen overwegen om geschiedenis of archeologie te studeren, kan ik ze helpen met hun eventuele vragen. Bij de studie archeologie hoort echter een sub-discipline waar ik weinig over weet, maar dat de laatste jaren wél aan populariteit wint: onderwaterarcheologie.

Omdat ik zelf ook met vragen zat, schakelde ik de hulp in van onderwaterarcheoloog Gary Bankhead. Ik nodigde hem uit in Leiden, waar ik hem mocht interviewen in Museum de Lakenhal. Gary is beroepsmatig brandweerman geweest en ging pas archeologie studeren aan het einde van zijn loopbaan. Omdat hij voor zijn werk in topconditie moest zijn en ook al jaren een ervaren scuba-duiker was, kon hij de stap naar onderwaterarcheologie makkelijk maken. Maar dit werk is niet voor the faint of heart, want het is wel degelijk iets anders dan traditionele archeologie.

Gary werkt inmiddels als professional mee aan de serie River Hunters op History Channel. In dit programma lijkt het allemaal zo makkelijk, maar in het interview hieronder schetst Gary een reëler beeld van het opgraven onderwater. Waar moet je allemaal rekening mee houden? En wat voor objecten kom je dan tegen onderwater? In ons gesprek staan zogeheten “lakenloodjes” centraal (Gary’s specialiteit). Deze objecten, die erg op munten lijken, onthullen Europese handelsnetwerken en vormen daarmee nieuw archeologisch bewijs voor contact tussen handelssteden. Gary heeft er een paar meegenomen naar Leiden om aan ons te laten zien. Geheel toepasselijk voor het onderwerp, vond het interview plaats in de Regentenkamer van Museum de Lakenhal: de exacte plek waar textiel uit Leiden vroeger gekeurd werd en een lakenloodje kreeg. Hoe mooi kan het zijn?!

Nederlandse ondertiteling beschikbaar via YouTube

Met dank aan Museum de Lakenhal voor het faciliteren van het interview.

Delfts Blauw – Typisch Nederlands?

Misschien heeft u het zelf ook in de kast staan thuis: Delfts Blauw aardewerk. Uiteraard uitgevoerd in blauw en wit, met een typisch Hollands motiefje van een tulp, scheepje of molentje. Dit aardewerk geniet tegenwoordig een beschermde status, maar is nog niet zo ontzettend lang onderdeel van de Nederlandse cultuur (misschien wel korter dan u denkt).

Kijkende naar de geschiedenis van Chinees porselein, dat ook in de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden onwijs populair werd als statussymbool, rijst de vraag hoe “Hollands” Delfts Blauw nu eigenlijk is. Ik dook in het onderwerp en creëerde onderstaande geschiedenisflits. Aan het einde van de video verraad ik u hoe u zelf kunt checken of u een waardevol exemplaar in uw bezit heeft! 😉

Nederlandse ondertiteling beschikbaar via YouTube

De luchtschepen van Graaf von Zeppelin en de ramp met de Hindenburg (1937)

In de zomer van 2022 bezochten wij Friedrichshafen aan de Bodensee. Het was een spontaan weekend weg en we hadden niets gepland. Wel wisten we al dat de plek bekend staat om een eigenzinnige uitvinding, namelijk de zeppelin.

Een zeppelin is een luchtschip en is in feite een zwevend geraamte van ijzer en zeildoek. De naam komt van het meesterbrein achter dit type vervoersmiddel: Graaf Ferdinand von Zeppelin (1838-1917). En ja hoor… nog voordat we geparkeerd hadden, zagen we er eentje boven ons zweven. Het was de eerste keer dat ik een zeppelin in de lucht zag en ik vond het toch een bijzonder gezicht. Heel langzaam, heel stil en heel kalm gleed het ding boven ons langs, totdat de zeppelin achter de nabijgelegen Zwitserse bergtoppen verdween.

Het inspireerde ons om het Zeppelinmuseum Friedrichshafen te bezoeken. En wouw, dat viel niet tegen! Het bleek een enorm museum te zijn met verschillende hallen en zelfs een nagebouwd onderstel om doorheen te lopen (hangend aan het plafond). Zo kreeg je als bezoeker echt het idee dat je zelf in een zeppelin zat. Het museum bood veel informatie en leuke, verrassende objecten. Ik besloot ons bezoek te filmen voor een nieuwe video. Onderstaande video is het resultaat van enkele weken aan historisch onderzoek. Ik ontdekte dat het ook nog weleens finaal misgegaan is tijdens een zeppelinreis, waarvan het ongeluk met de Hindenburg in 1937 boven Amerikaans grondgebied het meest dramatische voorbeeld is.

Wij hebben veel geleerd van ons bezoek aan Friedrichshafen en hebben genoten van dit stukje bijzondere, technische geschiedenis… Hopelijk kan het u ook bekoren! 🙂

Het verhaal van Multatuli – Het Cultuurstelsel in Nederlands-Indië

Hieronder staat de tweede uit een reeks van drie video’s met meer achtergrondinformatie over de zandsculpturen die momenteel te zien zijn bij Zandsculpturen Garderen.

Dat overzeese koloniën veel rijkdom opleverden voor de Europese moederlanden, is algemeen bekend. De lokale bevolking werd via economische maatregelen uitgebuit om zoveel mogelijk tropische gewassen en exotische producten te vergaren. De politiek-economische elite uit Europa stond aan het hoofd van deze structuren, maar schakelde ook lokale leiders in om de gehoorzaamheid en dienstbaarheid van de locals te bevorderen. In de Nederlandse kolonie Nederlands-Indië (het huidige Indonesië) heette dit het “Cultuurstelsel”.

Destijds waren er al mensen die zich tegen dergelijke vormen van uitbuiting uitspraken. Vaak waren dit koloniale ambtenaren of politici die het systeem met eigen ogen in werking hadden gezien. Ze wisten dus waar ze het over hadden. De bekendste Nederlandse criticus op het koloniale systeem, was Eduard Douwes Dekker uit Amsterdam. Zijn schrijversnaam, Multatuli, klinkt u waarschijnlijk bekender in de oren dan zijn echte naam. Het was Multatuli die een belangrijke collectie verhalen schreef, waarmee vele voorbeelden van de corruptie en uitbuiting in Nederlands-Indië uiteindelijk openbaar werden. Hoe meer mensen wisten wat daar gebeurde, hoe harder de roep om hervormingen. Maar hoe kwam dat? In de video hieronder duiken we in het leven en in de nalatenschap van Multatuli.

Mijn dank gaat uit naar de medewerkers van het Multatuli Museum. Hier is een deel van de video opgenomen en hier ben ik zeer hartelijk ontvangen. Ik mocht ook even neuzen in hun archief en daar toonde Willem van Duijn mij de eerste urn van Eduard Douwes Dekker. Toen hij overleed, was cremeren nog verboden in Nederland. Maar eigenwijs als Multatuli was, heeft hij zich toch laten cremeren. Inmiddels zitten zijn overblijfselen in een nieuwe urn en is hij bijgezet in zijn monumentale graf op begraafplaats Westerveld in Driehuis (te zien in de video). Maar wat een bijzonder object en wat een unieke kans om zo dicht bij Multatuli te komen. Dit vergeet ik nooit meer. Hartelijk dank, Willem!

De Watersnoodramp (1953)

Nederland is een waterland. Er is een lange kustlijn, er stromen grote en kleine rivieren en er zijn ontelbaar veel beekjes en stroompjes. Watersporten doen we op de meren en de Waddenzee kent een uniek getijdenlandschap. De keerzijde van deze geografie, is dat Nederland grotendeels onder zeeniveau ligt. Dat betekent dat ons land kwetsbaar is voor overstromingen en dat de kustlijn goed bewaakt moet worden. Vandaag zorgt Rijkswaterstaat er samen met de gemeenten voor dat ieder mogelijk risico op tijd gesignaleerd wordt, zodat we actie kunnen ondernemen indien nodig.

Maar die controle was niet altijd zo streng. Net na de Tweede Wereldoorlog waren de dijken verwaarloosd. De wind en het water kregen vrij spel en bij zware stormen zorgde dat voor veel overlast. Dat dit ook kan uitgroeien tot een nationale ramp, bleek in januari 1953… Wat er toen gebeurde in het zuidwesten van Nederland is bekend komen te staan als de Watersnoodramp. Wat gebeurde er en hoe liep het af? Bekijk de video hieronder en besef hoe noodzakelijk de bouw van de Zeeuwse Deltawerken was.