In de tijd van het moderne imperialisme (toen Europese landen koloniën overzee exploiteerden), was het natuurlijk handig om snel met de tropische gebieden aan de andere kant van de wereld te kunnen communiceren. Maar het internet bestond nog niet, laat staan de sociale media. Toch werd de telecommunicatie al aan het einde van de Eerste Wereldoorlog zodanig verbeterd, dat er ook lange-afstandsverbindingen aangelegd konden worden.
Voor Nederland had dat betrekking op o.a. Suriname en Nederlands-Indië (het huidige Indonesië). Op de Veluwe werd daarom een ultramodern zendpark gebouwd dat er ook nog eens esthetisch uitzag qua architectuur. Omdat de kolos bij Kootwijk ontstond, kwam het gebouw bekend te staan als “Radio Kootwijk”.
Bekijk de geschiedenisflits hieronder voor de historische ontwikkeling van deze “kathedraal van de Veluwe”.
Leuk nieuws! De mini-documentaire over de enclavegeschiedenis van Baarle is door Brabants Erfgoed opgenomen als onderdeel van hun collectie. Daarom is er nu een archiefpagina voor gemaakt (klik hier).
Ik vind het geweldig dat de video nu ook bereikt kan worden via Brabants Erfgoed. Dat maakt het voor geïnteresseerden absoluut makkelijker om de mini-docu te vinden!
In het uiterste zuiden van de Nederlandse provincie Noord-Brabant, liggen de gemeenten Baarle-Nassau en Baarle-Hertog. Op de kaart lijkt dit dorp op een lappendeken van stukjes Nederland en België door elkaar geweven. Kijk maar eens:
Vandaag de dag (anno 2022) kun je hier als Nederlander zonder enige grenscontrole naar België lopen… en omgekeerd ook. De grenzen lopen zelfs dwars door gebouwen heen! De stukken België in Nederland noem je politiek bezien “enclaves”. Maar wat dit verhaal nog gekker maakt, is dat er ook weer Nederlandse enclaves in de Belgische enclaves liggen (en die noem je dan weer “contra-enclaves”).
Afijn, zo loop je dus in Baarle constant van Nederland naar België en van België naar Nederland, zonder dat je ooit Nederland verlaat. Maar hoe is dit eigenlijk zo gekomen? Wanneer zijn de rijksgrenzen vastgesteld en wat is er door de eeuwen heen in de regio gebeurd? Dat wordt allemaal uitgelegd in onderstaande mini-documentaire. Bekijk de video gerust twee keer om deze complexe geschiedenis te bevatten! 🙂
Toen duidelijk werd dat de Nationaalsocialistische Partij van Adolf Hitler gebied zou gaan veroveren buiten Duitsland-Oostenrijk, ontstond er logischerwijze grote paniek in de kunstwereld. Nationale topstukken zouden een periode van Duitse bezetting namelijk -waarschijnlijk- niet overleven (door verwoesting of om politieke redenen).
Curatoren en museumdirecteuren staken de koppen bijeen en zochten naar oplossingen om kunstwerken veilig te stellen. In Nederland leidde dat tot de bouw van speciale kunstbunkers, die schilderijen en andere objecten enerzijds bescherming boden tegen bombardementen en anderzijds ook een geheim onderkomen boden totdat de oorlog voorbij zou zijn. Of nou ja… geheim? Wat wisten de Duitsers over deze bunkers? En hoe belandde de Nachtwacht van Rembrandt van Rijn in de Castricumse duinen?
Onderstaande video is een samenwerking met historisch auteur John Heideman, die werkelijk alles weet over de oorlogsjaren in zijn geboortedorp Castricum. Hij neemt ons mee naar die tijd en legt alles duidelijk uit. Dat doet hij overigens ook in een reeks zeer gedetailleerde boeken, waarover op zijn website meer informatie te vinden is.
Gedurende de middeleeuwen had de christelijke kerk een stevige grip op de Europeanen. Macht, rijkdom en godsdienst gingen dikwijls hand in hand. Vanaf de 16e eeuw komt daar steeds meer kritiek op van wetenschappers (bijvoorbeeld van de Nederlandse humanist Erasmus) en van geestelijken die allerlei vormen van machtsmisbruik met hun eigen ogen zien. Nog iets later stappen er mensen naar voren die concrete hervormingen bepleiten, zoals Luther in het Heilige Roomse Rijk (het huidige Duitsland). Ook Calvijn begint zo’n hervormingsbeweging, hoewel hij opereert vanuit Zwitserland en Frankrijk. De Reformatie begint… de christelijke kerk scheurt uiteen in het ‘oude’ katholicisme en het ‘nieuwe’ protestantisme.
Vorsten krijgen het zwaar, omdat zij een keuze moeten maken. Blijven zij het oude geloof aanhangen, of gaan ze mee met de hervormingen? Hun onderdanen maken hun eigen keuzes, waardoor de vorst er hoe dan ook vijanden bij krijgt, welke keuze hij ook maakt. Sommigen gaan zelfs over tot geweld en vervolgingen, in de hoop de situatie te beslechten en één centraal geloof terug te brengen in hun gebieden.
In het Habsburgse Rijk wordt de situatie voor de vorsten onhoudbaar. Talloze ruzies en gewapende conflicten volgen. De chaos resulteert uiteindelijk in een ontzettend belangrijk vroegmodern document: de Godsdienstvrede van Augsburg (1555). Gesloten in de Duitse stad Augsburg, bepaalt deze vrede dat iedere vorst in het Heilige Roomse Rijk zelf mag kiezen welke godsdienst er in zijn gebied aangehangen moet worden. Cuius regio, eius religio: wiens land, diens godsdienst.
Deze religieuze ontwikkeling en het bijbehorende document zijn al decennialang onderdeel van de examenstof op middelbare scholen. In onderstaande video bezoeken we Augsburg en duiken we wat dieper in deze geschiedenis.
In het huidige Egmond aan de Hoef lag vroeger een imposant kasteel, namelijk het Slot op den Hoef. Vandaag is dit een ruïne waarvan de fundamenten gerestaureerd zijn, zodat je toch een idee krijgt van de grootte en de vorm van het bouwwerk. Het is verbonden aan meerdere belangrijke episodes uit de vaderlandse geschiedenis en dus echt een bezoekje waard.
Een stukje verderop staat de abdij van Egmont (in het huidige Egmond-Binnen). In de middeleeuwen verwierf deze abdij steeds meer grondgebied in Holland. De geestelijken besteedden het beheer daarvan uit aan rentmeesters uit het adellijke geslacht (Van) Egmont.
In 1170 besloot Dodo van Egmont dat er dan ook maar een kasteel voor zijn familie moest komen op die plek. Willem I van Egmont voegde daar in 1229 ook nog een slotkapel aan toe. Eind 15e eeuw had het gebouwencomplex onder Jan III van Egmont (de eerste graaf van Egmont) zijn grootste omvang bereikt.
Lamoraal d’Egmont
Maar het was vooral Lamoraal I van Gavere (1522-1568) die een sleutelfiguur in de Nederlandse geschiedenis werd. Hij was onder andere krijgsheer van keizer Karel V, gouverneur van Vlaanderen en Artesië en lid van de Raad van State. Hij werd geboren in een kasteel nabij Lahamaide (België), maar zijn familieburcht was dus het Slot op den Hoef.
Hij ontving hier edelen voor politieke vergaderingen en van hieruit initieerde hij bovendien de drooglegging van het Egmonder- en Bergermeer. Deze bebouwbare polders hebben we dus aan hem te danken. Lamoraal van Egmont voorstond godsdiensttolerantie voor de bevolking, maar dit burgerrecht werd onderdrukt door Filips II (die de zoon van keizer Karel V was en destijds als koning over de Spaans-Habsburgse Nederlanden regeerde).
Lamoraal I werd de bekendste graaf van Egmont, mede door zijn tragische einde. Op 5 juni 1568 werd hij namelijk op orders van Filips II onthoofd op de Grote Markt van Brussel. Meteen daarna moest ook de graaf van Horne (Hoorn) dit lot ondergaan. Deze onthoofdingen bespoedigden de uitbraak van de Tachtigjarige Oorlog (1568-1648) en voedden in het bijzonder de verzetslust van Willem van Oranje, die een bekende was van beide graven en zelfs met hen gediscussieerd had over de juiste mate van godsdiensttolerantie in de Nederlanden.
Hoe liep het af met het kasteel? In de eerste jaren van de Tachtigjarige Oorlog, namelijk in 1573, staken de geuzen onder leiding van Diederik Sonoy het Slot op den Hoef in brand om te voorkomen dat de Spanjaarden het zouden claimen. Het idee hiervoor kwam van Willem van Oranje. Het lukte, maar de schade was groot.
Het kasteel raakte steeds meer in verval. In 1798 werd het zelfs verkocht ‘voor de sloop’ en werd alles afgebroken tot puin. Langzaamaan werden de resten van het bouwwerk opgeslokt door een moerassig weiland. Pas in 1933 gaf een uitstekend brok puin aanleiding om het gebied te ontwateren. Naast allerlei oude gebruiksvoorwerpen, kwamen ook de fundamenten van het kasteel zo weer boven water.
De steenresten werden versterkt met modern beton en opgemetseld met de gevonden bakstenen. Vandaag kun je er overheen lopen en de fundamenten dus van heel dichtbij bekijken. Met een beetje fantasie waan je je bijna op bezoek bij de graven van Egmont! 🙂
Tja… zoals de titel van dit bericht al verraadt, gaat onderstaande video over een bijzonder bouwwerk. Nabij de Zuid-Duitse stad Regensburg prijkt er een neoclassicistische tempel boven de landbouwakkers uit, speciaal gebouwd voor bewonderenswaardige mensen die een Germaanse taal als moedertaal hadden.
Hoe zit dat nou? En wat hebben Vikingen ermee te maken? Het gebouw blijkt een bolwerk van het Duitse nationalisme te zijn. Klik snel op de video om meer te leren over deze ongewone combinatie van culturen.
Onlangs reisde ik af naar Innsbruck en bezocht ik het Tiroler Panoramamuseum, waar het Innsbrucker Riesenrundgemalde het meest bijzondere onderdeel is. Dit is een panoramisch (rondlopend) schilderij over de Derde Slag op de Bergisel (een heuvel bij Innsbruck). Na het beklimmen van een brede trap, kom je “middenin” het schilderij terecht. Vanwege de ronde vorm kun je letterlijk langs het verhaal lopen. Het schilderij laat zien hoe een groep gewapende boeren uit Tirol, onder leiding van de herbergier-handelaar Andreas Hofer, het Keizerlijke Franse leger van Napoleon verslaat.
Het unieke schilderij is bijna 11 meter hoog en is meer dan 90 meter lang. Vóór het schilderij is de omgeving van de veldslagen nagebootst door middel van echte struiken, boerenhekjes, zandheuvels en opgezette dieren. Op de achtergrond spelen geluiden, je hoort vogels en natuurgeluiden en je hoort de soldaten in de verte. Zo is de 3D-ervaring compleet en krijg je het gevoel dat je de veldslag met eigen ogen ziet.
In het museum is nog veel meer te zien, zoals portretten, informatiepanelen, beelden, wapens en voorwerpen uit deze tijd. De gevechten tussen de Tirolers en de Franse troepen krijgen hier alle aandacht.
Wat is de historische achtergrond van deze gebeurtenissen? Vandaag hoort Tirol bij Oostenrijk en Italië, maar er was een tijd waarin de Tirolers streden voor hun onafhankelijkheid. In 1805 versloegen de Franse troepen van Napoleon Bonaparte de Oostenrijkse en Russische legers in de Slag bij Austerlitz. Het gevolg was dat de regio Tirol werd afgesneden van het Habsburgse Rijk en aan het Koninkrijk Beieren werd toegevoegd (wat nu het Duitse Bundesland Bayern is).
Het Beierse bestuur was loyaal aan Napoleon en werd door de Tirolers gehaat; want zowel de boerenklasse als de gegoede burgerij werden beperkt in hun vrijheden. In april 1809 brak er een opstand uit onder leiding van eerdergenoemde herbergier en handelaar Andreas Hofer. Op de Bergisel behaalden de gewapende opstandelingen (inclusief vele boze boeren met simpele spiesen en harken) een overwinning op Napoleons getrainde troepen.
Als gevolg van een wapenstilstand werd Tirol nogmaals bezet en gecontroleerd door het Franse leger. Hofer trommelde zijn strijdkrachten weer op en wéér bleken zij sterker dan die van Napoleon. Er volgde zelfs een derde campagne, waaruit de Tirolers nogmaals sterker naar voren kwamen dan de Fransen.
Een onafhankelijk Tirol was op dat moment niet ondenkbaar. Ware het niet dat de vrijheidsstrijders bij een vierde veldslag in november 1809 tóch verslagen werden. Hierna ging het voor de Tirolers snel bergafwaarts en brokkelde het verzet tegen Frankrijk en Beieren af. De militaire leiding viel uiteen.
Toen er steeds meer versterking vanuit het Franse Keizerrijk bleef komen, werd de situatie onhoudbaar voor Hofer. Hij moest het gebied ontvluchten, maar werd verraden en werd in Zuid-Tirol al opgepakt. Hij werd in februari 1810 veroordeeld tot executie door een vuurpeloton.
Tirol werd opgedeeld in 3 delen: het noorden werd formeel bij het Koninkrijk Beieren gevoegd, het oosten bij het Franse Keizerrijk en het zuiden bij het (door Napoleon uitgeroepen) Koninkrijk Italië. Maar sinds Napoleons definitieve nederlaag bij Waterloo in 1815 hoort Noord-Tirol bij Oostenrijk. Andreas Hofer wordt ieder jaar op zijn sterfdag, 20 februari, door de Oostenrijkers als vrijheidsstrijder herdacht en als held geëerd.
Op deze dag vertrok ik zonder plannen met de trein vanuit München naar Innsbruck. Voorafgaand aan mijn bezoek aan het Tiroler Panoramamuseum bezocht ik ook nog het Keizerlijk Paleis Hofburg; in de middeleeuwen en vroegmoderne tijd een belangrijke machtszetel van het Huis Habsburg. Dat was imponerend en prachtig om te zien, maar het verhaal van de Slag op de Bergisel maakte meer indruk op me. Ik moet eerlijk zeggen dat ik geen idee had van deze gebeurtenissen, misschien kwam het daardoor. Ook Andreas Hofer kende ik nog niet voordat ik Innsbruck bezocht. Mijn zonnige dagje Tirol was dus leuk én leerzaam. En zo zie je maar weer, geschiedenis is overal!
Nabij Berchtesgaden in het uiterste zuiden van Beieren (Duitsland) heeft Adolf Hitler in 1937 een “theehuis met uitzicht” laten bouwen… namelijk op 1834 meter hoogte. Sterker nog, Hitler wees de regio aan als privéwoonplaats en tweede regeringszetel. Kosten noch moeite werden hiervoor gespaard en dat terwijl Hitler hoogtevrees had!
In onderstaande video neem ik jullie mee naar de bergtop en gaan we uiteraard ook even binnen kijken. Het gebouwd heet officieel het “Kehlsteinhaus”, maar wordt ook wel “het Adelaarsnest” genoemd. Waarschijnlijk kunnen jullie wel raden waarom.
Extra bijzonder is dat ik toestemming van de gemeente en de uitbater van de huidige horecagelegenheid had, zodat ik zelfs tot in de lift kon filmen!
Onlangs werd ik benaderd door Stichting NiVo. De afkorting staat voor “Lodewijk Napoleon in Voorthuizen” en draait, logischerwijze, om de nalatenschap van koning Lodewijk Napoleon in Voorthuizen en de omliggende Veluwedorpen. Hun missie is om deze allereerste koning van Holland de aandacht te geven die hij verdient, uiteindelijk door middel van een standbeeld dat in Voorthuizen moet komen te staan.
Stichting NiVo nodigde mij uit om op het Bunckmanplein in het dorpshart te vertellen waarom Lodewijk Napoleon belangrijk is geweest voor de geschiedenis van ons land. Zo gezegd, zo gedaan en zodoende hebben we een leuk kort item opgenomen.
Ook heeft Stichting NiVo zojuist een papieren journaal gerealiseerd met bijdragen van historici, archivarissen en (cultureel) ondernemers. Omdat dit journaal alleen in Voorthuizen is verspreid, hebben ze het hele blaadje ook online gezet (bekijk het hier). Ze zijn er goed in geslaagd om hun boodschap en missie beknopt onder de aandacht te brengen. Ik sluit me daarom graag bij hen aan; zoals jullie misschien nog weten vind ik persoonlijk ook dat Lodewijk Napoleon meer aandacht zou moeten krijgen. En ook Maarten van Rossem schaart zich achter ons, hoe leuk is dat?! Ik ben zeer benieuwd naar het vervolg van deze initiatieven!